Header afbeelding

Medische Encyclopedie

Inhoud

posaconazol

Posaconazol is een antischimmelmiddel. Het werkt tegen schimmels en gisten (zoals de Candida-gist).

Artsen schrijven het voor bij schimmel en gistinfecties, zoals longinfecties en diepe huidinfecties, en bij gistinfecties in de mond en slokdarm (spruw).

Wat doet posaconazol en waarbij gebruik ik het?

Schimmel- en gistinfecties

Door een verstoord evenwicht tussen bacteriën, schimmels en gisten kunnen bepaalde schimmel- en gistsoorten beter groeien ten koste van andere. Schimmels en gisten kunnen hierdoor infecties veroorzaken in weefsels en organen. Vooral gevoelig hiervoor zijn mensen met een verminderde weerstand, zoals hiv- of aids-patiënten, verzwakte ouderen, mensen met kanker of transplantatiepatiënten.

Behandeling
Uw arts kan posaconazol voorschrijven bij bepaalde ernstige infecties met schimmels of gisten in weefsels, het bloed, aan longen, huid of andere organen. Bijvoorbeeld bij aspergillose, een longinfectie.
Veel van deze infecties worden in eerste instantie behandeld met de antischimmelmiddelen amfotericine B, itraconazol of fluconazol. Als deze middelen niet mogelijk zijn of niet werken, kan de arts posaconazol voorschrijven.

Posaconazol wordt ook gebruikt om dergelijke infecties te voorkomen. Bijvoorbeeld bij mensen die door een verminderde weerstand een grote kans op infecties hebben.

Werking
Posaconazol werkt tegen schimmels en gisten, waardoor de infectie verdwijnt.
Na enkele dagen tot weken merkt u dat de verschijnselen minder worden. De genezing kan echter enkele maanden duren. Het is daarom belangrijk dat u de kuur volledig afmaakt.

Lees meer over schimmel- en gistinfecties . “

Spruw (Candida-infectie in de mond)

Spruw is een infectie in de mond en soms ook in de slokdarm. De infectie wordt veroorzaakt door de Candida-gist. De Candida is een soort gist die van nature veel in de mond voorkomt. In de mondholte bevinden zich bij elk mens veel verschillende bacteriën en gisten.
Een Candida-infectie ontstaat als deze bacteriën en gisten elkaar niet voldoende in evenwicht houden.

Oorzaak
Spruw komt nogal eens voor bij jonge baby’s, maar kan ook bij volwassenen optreden. Bijvoorbeeld bij mensen met een verminderde weerstand, zoals hiv- of aidspatiënten, verzwakte ouderen, mensen met kanker of transplantatiepatiënten.
Ook het gebruik van bepaalde medicijnen, zoals antibiotica en bijnierschorshormonen (corticosteroïden), kan de weerstand tegen een Candida-infectie verminderen.

Verschijnselen
Bij spruw ziet u veel witte vlekjes op de slijmvliezen van tong, de binnenkant van de wangen en het gehemelte. Het geeft verder vrijwel geen klachten.

Behandeling
Bij de meeste mensen gaat spruw vanzelf weer over. Een goede mondhygiëne is van belang. Maak een kunstgebit regelmatig schoon, desinfecteer het, en laat het zo nodig weer goed passend maken.

Bij mensen met een verminderde afweer gaat spruw vaak niet vanzelf weg. Ook niet met de gebruikelijke antischimmelmiddelen, zoals miconazol. In dat geval kan de arts posaconazol voorschrijven.

Effect
Posaconazol werkt tegen de Candida-gist, waardoor de infectie verdwijnt.
Het duurt een aantal dagen voor u merkt dat de infectie minder wordt. Het kan een aantal weken duren voor de infectie echt genezen is.

Lees meer over spruw (candida-infectie in de mond) . “

Wat zijn mogelijke bijwerkingen?

Zelden (bij 1 tot 10 op de 100 mensen)

  • Maagdarmklachten, zoals braken, buikpijn, zuurbranden, diarree, verstopping, gebrek aan eetlust, winderigheid en zeer zelden zure oprispingen.

    Deze klachten gaan meestal over als u aan het medicijn gewend bent geraakt.

  • Vermoeidheid, slaperigheid of zwak gevoel.

  • Droge mond.

    Zeer zelden ontstekingen of zweertjes in de mond.

  • Hoofdpijn en duizeligheid.

  • Doof of tintelend gevoel, vooral in handen of voeten.

    Raadpleeg in dat geval uw arts.

  • Huiduitslag, jeuk.

    Meestal is dit niet ernstig, maar zeer zelden kan er sprake zijn van overgevoeligheid voor posaconazol (zie 'Overgevoeligheid'). Raadpleeg daarom bij huiduitslag uw arts.

  • Koorts, rillingen, ziek gevoel. Is uw temperatuur hoger dan 38°C of heeft u verschijnselen van een infectie? Waarschuw dan altijd uw arts.

  • Meer kans op infecties, zoals verkoudheid, bronchitis, longontsteking, blaasontsteking, ontsteking van de slijmvliezen of bloedvaten, of huidinfecties.

    Dit kan ontstaan door te weinig witte bloedcellen. U bent dan bevattelijker voor infecties.
    Dit medicijn wordt vaak gebruikt bij mensen met een tekort aan witte bloedcellen. Bij hen zal de arts de hoeveelheid witte bloedcellen geregeld controleren.

  • Te weinig kalium in het bloed. U merkt dit soms aan spierzwakte, spierkramp of spierpijn meestal eerst te merken in de bovenbenen en armen, ernstige vermoeidheid, hartkloppingen of heftige buikklachten.

    Als u last heeft van deze klachten, ga dan naar uw arts.

Zeer zelden (bij minder dan 1 op de 100 mensen)

  • Pijn in rug, armen of benen, de hik.

  • Trillen, beven, moeilijker praten omdat men de woorden niet kan vinden, epileptische aanvallen of stuipen.

    Waarschuw dan uw arts.

  • Bij het infuus: pijn, roodheid en zwelling op de plaats van de naald.

  • Vocht vasthouden, dit kunt u merken aan dikke enkels en voeten.

    Raadpleeg uw arts als u hier last van blijft houden.

  • Hartkloppingen, een onregelmatige of vertraagde hartslag. U merkt dit soms alleen aan plotselinge duizelingen of als u even wegraakt. Neem bij deze verschijnselen contact op met uw arts.
    Vooral mensen met de aangeboren vorm van de hartritmestoornis verlengd QT-interval hebben hier meer kans op.

    Gebruik dit medicijn NIET als u deze aangeboren hartritmestoornis heeft. Overleg met uw arts.

  • Verminderde leverwerking of leverontsteking. U kunt dit merken aan een gevoelige, opgezwollen buik, een gele kleur van oogwit en huid (geelzucht), donkere urine en bleke ontlasting.

    Waarschuw uw arts als u last krijgt van één van deze verschijnselen.

  • Verminderde nierwerking. Raadpleeg uw arts als u binnen enkele dagen in gewicht toeneemt, als u dikke enkels of onderbenen krijgt of bloed in de urine heeft.

  • Ontsteking van de alvleesklier. Waarschuw een arts bij plotselinge hevige pijn in uw bovenbuik.

  • Bloedarmoede of bloedingen. U merkt het aan extreme vermoeidheid, snel blauwe plekken of bloedneuzen.

    Dit kan komen door te weinig rode bloedcellen of bloedplaatjes. Waarschuw in deze gevallen direct uw arts.

  • Te hoge of te lage bloeddruk.

  • Haaruitval

  • Menstruatiestoornissen

  • Problemen met uw gehoor. Neem contact op met uw arts bij oorsuizen of als u slechter gaat horen.

  • Oogproblemen, zoals wazig zien, schitteringen of dubbelzien.

  • Overgevoeligheid voor dit medicijn. Dit merkt u onder andere aan huiduitslag, jeuk en galbulten.

    Raadpleeg dan een arts.
    In zeer zeldzame gevallen ontstaat een ernstige overgevoeligheid met benauwdheid zwellingen in het gezicht, flauwvallen of blaren op de huid en in de mond. Waarschuw dan meteen een arts of ga meteen naar de Eerste-hulpdienst.
    Blijkt u inderdaad overgevoelig te zijn voor dit medicijn, meld dat dan altijd aan uw apotheek. Het apotheekteam kan er dan op letten dat u dit medicijn of medicijnen die hier veel op lijken, niet opnieuw krijgt.

Uitleg frequenties

Regelmatig : bij meer dan 30 op de 100 mensen
Soms : bij 10 tot 30 op de 100 mensen
Zelden : bij 1 tot 10 op de 100 mensen
Zeer zelden : bij minder dan 1 op de 100 mensen

Mag ik posaconazol gebruiken met andere medicijnen?

Dit medicijn heeft wisselwerkingen met andere medicijnen. In de tekst hieronder staan alleen de werkzame stoffen van deze medicijnen, dus niet de merknamen. Of uw medicijn een van die werkzame stoffen bevat, kunt u nagaan in uw bijsluiter onder het kopje ‘samenstelling’.

Het kan zijn dat posaconazol zelf minder goed werkt, of dat het meer bijwerkingen veroorzaakt. Het kan ook zijn dat het andere medicijn extra bijwerkingen kan geven of minder goed werkt.
Overleg vóór gebruik met uw apotheker of arts als u een van onderstaande medicijnen slikt. Meestal mag u de combinatie niet gebruiken.

  • Maagzuurremmers: dat zijn medicijnen van de groepen ‘H2-blokkers’, zoals cimetidine en famotidine of ‘protonpompremmers’, zoals omeprazol, pantoprazol of lansoprazol.
    De posaconazol-drank heeft een zure maag nodig om in het bloed te kunnen komen. Maagzuurremmers verminderen de hoeveelheid zuur in de maag, waardoor te weinig posaconazol in het bloed komt.
    Overleg met uw arts of apotheker als u deze combinatie voorgeschreven heeft gekregen.
    Bij posaconazol in tabletten treedt de wisselwerking niet op.
  • De cholesterolverlagers atorvastatine en simvastatine.
  • De afweeronderdrukkers, ciclosporine, everolimus, sirolimus en tacrolimus. Overleg met de arts die de afweeronderdrukker voorschrijft.
  • Alprazolam, een rustgevend medicijn. Als u alprazolam mag gebruiken, zal uw arts de dosering hiervan aanpassen.
  • Fenytoïne en carbamazepine, medicijn tegen epilepsie. Mag u deze combinatie gebruiken? Meestal moet de arts de doseringen van het medicijn tegen epilepsie en posaconazol aanpassen. En extra controleren op de bijwerkingen van het medicijn tegen epilepsie.
  • Midazolam, een slaapmiddel. Als u de combinatie mag gebruiken, zal uw arts de dosering van midazolam aanpassen.
  • Rifabutine, een medicijn gebruikt bij tuberculose (tbc). Mag u rifabutine gebruiken? Meestal moet de arts de doseringen van rifabutine en posaconazol aanpassen en extra controleren op de bijwerkingen van rifabutine.
  • Rifampicine, een medicijn tegen tuberculose en meningitis (nekkramp). Dit medicijn maakt posaconazol minder werkzaam. Uw arts zal u een ander medicijn voorschrijven of de hoeveelheid posaconazol in uw bloed extra controleren.
  • Flucloxacilline, een antibioticum.
  • Apixaban, een antistollingsmiddel. De hoeveelheid apixaban in het bloed kan toenemen. Hierdoor heeft u meer kans op een bloeding. Overleg hierover met uw arts. Mogelijk schrijft uw arts een ander medicijn voor.
  • De medicijnen tegen cystische fibrose ivacaftor en lumacaftor. Uw arts zal u extra controleren. Soms past de arts de dosering van ivacaftor en lumacaftor aan.
  • Lurasidon, een medicijn bij psychoses, zoals bij schizofrenie. De hoeveelheid lurasidon in het bloed kan toenemen. Hierdoor hebt u meer kans op bijwerkingen. Overleg hierover met uw arts. Mogelijk schrijft uw arts een ander medicijn voor.
  • de medicijnen tegen reuma of andere chronische ontstekingen tofacitinib en upadacitinib.
  • Sommige medicijnen tegen hiv. Vraag aan uw apotheker om welke medicijnen dit gaat.
  • Sommige medicijnen tegen hepatitis C. Vraag aan uw apotheker om welke medicijnen dit gaat.
  • Sommige medicijnen tegen kanker. Vraag aan uw apotheker om welke medicijnen dit gaat. De werking en bijwerkingen van deze medicijnen kunnen veranderen. Overleg hierover met uw arts.

Twijfelt u eraan of een van de bovenstaande wisselwerkingen voor u van belang is? Neem dan contact op met uw apotheker of arts.

Kan ik met dit medicijn autorijden, alcohol drinken en alles eten of drinken?

Ja, dat kan. U mag autorijden, en u mag eten en drinken zoals u normaal doet.

Mag ik dit medicijn gebruiken als ik zwanger ben, wil worden of borstvoeding geef?

Zwangerschap
Over het gebruik van dit medicijn tijdens de zwangerschap is nog te weinig bekend. Meld het aan uw arts en apotheker zodra u zwanger bent, of binnenkort wilt worden. Mogelijk kan uw arts een ander medicijn voorschrijven. Een medicijn waarvan wel bekend is dat u het veilig kunt gebruiken.

Borstvoeding
Wilt u borstvoeding geven, overleg dan met uw arts. Het is niet bekend of het in de moedermelk terechtkomt en of het schadelijk is voor de baby. Misschien kan uw arts u een ander medicijn voorschrijven. Een medicijn waarvan wel bekend is dat u het veilig kunt gebruiken.

Hoe gebruik ik dit medicijn?

Kijk voor de juiste dosering altijd op het etiket van de apotheek.

Hoe?

  • Drank: voor gebruik de fles omschudden, zodat de inhoud zich goed verdeelt. Meet de voorgeschreven hoeveelheid drank af met het maatlepeltje.
  • Tabletten: innemen met een half glas water, zonder te kauwen. Als u de tabletten kauwt, gaat het beschermende laagje kapot en komt het medicijn al in de maag vrij in plaats van in de darmen.
  • Infuus: dit wordt in het ziekenhuis aangelegd door de verpleegkundige.

Wanneer?

  • Drank: neem de drank bij voorkeur in tijdens of direct na wat voedsel. Dan wordt het medicijn beter opgenomen.
  • Tabletten: u kunt de tabletten met of zonder voedsel innemen.

Hoe lang?

  • Hoe lang de kuur precies duurt, hangt af van de plaats en de ernst van de infectie. Meestal moet u posaconazol gedurende enkele weken tot maanden gebruiken.
    Bij spruw (gistinfectie in de mond): de behandeling duurt meestal 2 weken.
  • Voor een goed resultaat moet u de hele kuur afmaken. Onderbreek de kuur niet.
    Ook al zijn de infectieverschijnselen al vóór afloop van de kuur verdwenen; dit betekent nog niet dat alle schimmels of gisten zijn verdwenen.
  • Om infecties te voorkomen bij mensen met een verminderde weerstand door chemotherapie of gebruik van afweerremmers: de behandeling begint enkele dagen voor u met de afweerremmer start. De behandeling gaat nog 7 dagen door nadat het aantal witte bloedcellen weer normaal is. Of dat het geval is, bepaalt de arts in het bloed.
Terug naar overzicht