Header afbeelding

Medische Encyclopedie

Inhoud

pilocarpine in het oog

Pilocarpine in het oog verlaagt de druk in het oog. Het verkleint ook de pupil

Artsen schrijven het voor bij glaucoom (verhoogde oogboldruk) en bij oogonderzoek.

Wat doet pilocarpine in het oog en waarbij gebruik ik het?

Glaucoom (verhoogde oogboldruk)

Glaucoom is een beschadiging van de oogzenuw in het netvlies. De oorzaak is meestal een verhoogde druk in de oogbol. Deze ligt normaal tussen 10 en 22 millimeter kwikdruk.

Verschijnselen
In het begin merkt u meestal niets van glaucoom. Na verloop van tijd ziet u aan de randen van  uw gezichtsveld steeds minder. Soms neemt de druk in de oogbol plotseling toe. Dit heet acuut glaucoom. U heeft dan heftige pijn in of rond uw oog, uw oog wordt rood en u kunt misselijk worden. Sommige mensen hebben perioden met plotseling verhoogde druk in het oog, met tussendoor perioden waarbij de oogdruk normaal is.

Onbehandeld leidt glaucoom meestal tot een pijnlijk oog met steeds meer gezichtsverlies, waarbij het lijkt of u door een koker kijkt. Door onbehandeld glaucoom kunt u uiteindelijk blind worden.

Behandeling
Bij plotselinge verhoogde druk in de oogbol kan uw arts pilocarpine voorschrijven. Dit verlaagt de oogboldruk snel. Meestal zal uw arts ook voorstellen om het oog te opereren of met lasertherapie te behandelen om de druk te verlagen.

In bepaalde gevallen van chronische glaucoom kan uw arts ook pilocarpine voorschrijven als andere medicijnen onvoldoende helpen.

Werking
Pilocarpine verkleint de pupil. Hierdoor kan het vocht de oogbol beter verlaten. Dit verlaagt de druk in het oog. Vanaf 15 minuten na indruppelen verkleint de pupil, na 1 uur daalt de druk in het oog. De werking houdt minstens 4 uur aan, maar kan ook langer aanhouden tot soms 20 uur.

Lees meer over glaucoom (verhoogde oogboldruk) . “

Oogonderzoek

Bij oogonderzoek gebruikt de oogarts vaak oogdruppels om de pupil te verwijden, zoals atropine of fenylefrine. Hierdoor kan de oogarts makkelijker de binnenkant van het oog onderzoeken. Na het onderzoek blijft de pupil nog een tijd lang groot, waardoor u langere tijd wazig ziet.

Soms druppelt de oogarts na afloop van het onderzoek pilocarpine in het oog. Dit vernauwt de pupil weer, waardoor u niet al te lang last heeft van wazig zien.

Lees meer over oogonderzoek . “

Wat zijn mogelijke bijwerkingen?

Soms (bij 10 tot 30 op de 100 mensen)

  • Trillingen van het oog. Hierdoor kunt u minder goed uw oog scherpstellen. Ook kunnen er verklevingen tussen uw ooglens en de binnenkant van het oog ontstaan.

    Uw arts zal uw ogen regelmatig controleren.

  • Stijging van de druk in het oog, dus juist een tegengesteld effect.

    Dat komt doordat soms de lens te bol wordt. Uw arts zal uw oogdruk goed controleren. Als de druk gaat stijgen, moet u met pilocarpine stoppen.

Zelden (bij 1 tot 10 op de 100 mensen)

  • Wazig zien, moeite met zien in de verte en met zien in het donker

    Deze bijwerkingen duren meestal enkele uren na indruppelen en zijn het gevolg van de kleine pupillen. Het trekt vanzelf weer weg.

  • Spierkramp in het ooglid

    Raadpleeg uw arts, als u hier veel hinder van heeft.

Zeer zelden (bij minder dan 1 op de 100 mensen)

  • Prikkelend of branderig gevoel in het oog vlak na het indruppelen, rode en tranende ogen

    Deze bijwerkingen trekken vanzelf weer weg. Raadpleeg uw arts als ze blijven bestaan.

  • Pijn boven het oog, hoofdpijn

  • Overgevoeligheid voor dit medicijn. U merkt dan dat uw oog roder wordt, en voortdurend geïrriteerd is of jeukt.

    Raadpleeg dan uw arts. Soms helpt het om over te gaan om oogdruppels zonder conserveermiddel. Meld het aan uw apotheker als u overgevoelig bent voor dit medicijn. Het apotheekteam kan er dan op letten dat u dit medicijn in de toekomst niet opnieuw krijgt.

Bijwerkingen in de rest van het lichaam
De oogdruppels kunnen ook in de rest van het lichaam terecht komen. Via de traanbuisjes bestaat er namelijk een verbinding tussen de oogslijmvliezen en de neusholte. Vanuit de neusholte wordt het medicijn opgenomen in het bloed, waardoor het in de rest van het lichaam terechtkomt.

Heeft u last van onderstaande bijwerkingen, laat dan in de apotheek controleren of u goed druppelt. U vermindert namelijk de kans op deze bijwerkingen door de traankanaaltjes na het druppelen dicht te drukken. Zie hiervoor de vraag 'Hoe moet ik dit medicijn gebruiken?' Neem contact op met uw arts als u toch last blijft houden van deze bijwerkingen. Mogelijk helpt het dichtdrukken van de traankanaaltjes bij u onvoldoende.

  • Misselijkheid, diarree, buikpijn, vaak moeten plassen, te veel speeksel, zweten, benauwdheid en kortademigheid

  • Heeft u astma of COPD? Als u last van benauwdheid krijgt door deze druppels, kunt u ook voor het druppelen een inhalatie tegen benauwdheid gebruiken, zoals salbutamol of ipratropium. Overleg dit met uw arts.

Uitleg frequenties

Regelmatig : bij meer dan 30 op de 100 mensen
Soms : bij 10 tot 30 op de 100 mensen
Zelden : bij 1 tot 10 op de 100 mensen
Zeer zelden : bij minder dan 1 op de 100 mensen

Mag ik pilocarpine in het oog gebruiken met andere medicijnen?

De medicijnen waarmee de belangrijkste wisselwerkingen optreden, zijn andere oogdruppels of oogzalven. Wacht minstens 3 minuten tussen het indruppelen van de verschillende oogdruppels.

Gebruikt u zowel een oogdruppel als een oogzalf of ooggel: gebruik dan eerst de druppel en 3 minuten later de oogzalf of ooggel.

Als u 2 soorten oogdruppels moet gebruiken: eerst de oogdruppel gebruiken waar u het minst last van heeft en als laatste de oogdruppel waarvan u de meeste irritatie na het indruppelen krijgt. Zo voorkomt u dat door de eventuele tranenvloed de werkzame bestanddelen van de oogdruppels te snel 'uittraant'.

Kan ik met dit medicijn autorijden, alcohol drinken en alles eten of drinken?

autorijden?
Wazig zien, moeite met scherp zien in de verte en met goed zien in het donker komen voor bij dit medicijn. Deze bijwerkingen duren meestal enkele uren na indruppelen en zijn het gevolg van de pupilvernauwing. Als u hier last van heeft, mag u niet autorijden totdat deze bijwerkingen over zijn.

alcohol drinken en alles eten?
Bij dit medicijn zijn hiervoor geen beperkingen.

Mag ik dit medicijn gebruiken als ik zwanger ben, wil worden of borstvoeding geef?

Zwangerschap
Over het gebruik van dit medicijn tijdens de zwangerschap is nog te weinig bekend. Meld het aan uw arts en apotheker als u zwanger bent, of binnenkort wilt worden.
Samen kunt u bespreken wat het risico voor de baby is als u doorgaat met het medicijn. Of wat het risico voor u of uw baby is als u met het medicijn stopt. Overleg daarom met uw arts over de voor-en nadelen. Zo mogelijk kunt u (tijdelijk) overstappen op een ander medicijn.
Als u samen met uw arts besluit dat u dit medicijn tijdens de zwangerschap kunt gebruiken, zorg er dan wel voor dat u na het druppelen de traankanaaltjes 1 minuut dichtdrukt. Er komt dan veel minder van dit medicijn in het bloed. Zie ook de instructie bij “Hoe moet ik dit medicijn gebruiken?”

Borstvoeding
U kunt dit medicijn veilig gebruiken als u borstvoeding geeft. Het medicijn komt in een heel kleine hoeveelheden in uw bloed. Hierdoor kan er maar weinig in de moedermelk komen.
Wel moet u na het druppelen de traankanaaltjes een minuut dicht drukken. Hierdoor kan er zo min mogelijk medicijn in uw bloed en in de moedermelk terechtkomen. Zie ook “Hoe moet ik dit medicijn gebruiken?”

Hoe gebruik ik dit medicijn?

Kijk voor de juiste dosering altijd op het etiket van de apotheek.

Hoe?

  • Was uw handen met water en zeep en droog ze goed af met een schone handdoek.
  • Als u contactlenzen draagt: haal zowel harde als zachte lenzen uit uw oog voor u de oogdruppels gebruikt. Het hangt af van het soort conserveermiddel in uw oogdruppels of u uw contactlenzen tussen de toedieningen door weer kunt indoen. Er zijn namelijk conserveermiddelen die zachte contactlenzen kunnen beschadigen. Kijk hiervoor in de bijsluiter van de verpakking. Harde contactlenzen kunt u na toedienen van de druppels weer indoen. Verpakkingen voor eenmalig gebruik bevatten geen conserveermiddel.
  • Neem plaats op een stoel of een bank.
  • Schroef het dopje van flesje en leg het dopje op de zijkant. Bij verpakking voor eenmalig gebruik: draai de bovenkant van het plastic tubetje af.
  • Neem het flesje of plastic tubetje in uw hand alsof u een pen vasthoudt.
  • Trek voorzichtig met de vingertoppen van uw andere hand het onderste ooglid naar beneden, zodat er een 'gootje' ontstaat.
  • Buig het hoofd achterover en kijk recht omhoog.
  • Zet de hand met het flesje of plastic tubetje op de hand die het gootje maakt.
  • Breng het flesje of tubetje boven het omlaag getrokken ooglid (het gootje). Zorg ervoor dat het flesje uw oog, ooglid of wimpers niet raakt, anders bederven de oogdruppels sneller.
  • Knijp in het flesje of tubetje en laat één druppel in het gootje vallen.
  • Buig uw hoofd terug en doe voorzichtig uw oog dicht.
  • De werkzame stof in deze oogdruppels kan te snel uit het oog verdwijnen doordat het via het traankanaaltje in de neusholte wegloopt. Bovendien heeft u meer kans op bijwerkingen in de rest van het lichaam, omdat de werkzame stof in het bloed terecht komt. Druk daarom deze kanaaltjes na het indruppelen één minuut dicht. Dit doet u door zachtjes uw vinger in de holling tussen het oog en de neus te duwen, net onder het bobbeltje in de hoek van uw oog.
  • Doe uw oog weer open.
  • Draai, na gebruik, de dop weer op het flesje. Gooi het tubetje met restant weg.
  • Was uw handen nogmaals met water en zeep.

Vindt u het lastig om de druppel goed in het oog te krijgen? Vraag dan in de apotheek om een oogdruppelhulp. Met dit houdertje kunt u gemakkelijker in het oog druppelen.

Bewaar de oogdruppels zoals op het etiket is aangegeven. Oogdruppels zijn na openen meestal nog één maand houdbaar. U kunt op de verpakking noteren wanneer u het heeft aangebroken.

Wanneer?
Bij glaucoom: bij een plotselinge aanval van glaucoom: meestal moet u in het begin elk kwartier een druppel gebruiken totdat de druk in uw oogbol voldoende is gedaald. Uw arts controleert dat.

Moet u de oogdruppels langer gebruiken? Verdeel dan het indruppelen zo goed mogelijk over de dag voor een constant effect.

Bij oogonderzoek: meestal 1 of meer druppels na afloop van het onderzoek.

Hoelang?
Meestal gebruikt u deze oogdruppels totdat u bent geopereerd of gelaserd aan het oog.

Terug naar overzicht