Header afbeelding

Medische Encyclopedie

Inhoud

C1-esteraseremmer

C1-esteraseremmer is een lichaamseigen eiwit dat betrokken is bij het afweersysteem en bij de bloedstolling. Een tekort aan C1-esteraseremmmer kan zorgen voor zwelling (oedeem).

Artsen schrijven C1-esteraseremmer voor bij hereditair angio-oedeem (aangeboren plotselinge zwellingen in gezicht, slokdarm, buik, keel en mondholte) en om deze te voorkomen.

Wat doet C1-esteraseremmer en waarbij gebruik ik het?

Oedeem

C1-esteraseremmer wordt gebruikt bij hereditair angio-oedeem om aanvallen van zwellingen in de huid en slijmvliezen (angio-oedeem) te behandelen en te voorkomen, zoals bij een operatie.

Oorzaak en verschijnselen
Hereditair angio-oedeem is een erfelijke ziekte waarbij u te weinig van het eiwit C1-esteraseremmer in uw lichaam heeft. Hierdoor ontstaat plotselinge zwelling (oedeem) in uw gezicht, slokdarm, buik, keel en mondholte. Dit is een gevaarlijke situatie, omdat u door de zwelling moeilijk kunt ademhalen.

Werking
C1-esteraseremmer vult de hoeveelheid van C1-esteraseremmer aan en vermindert zo de klachten van een angio-oedeemaanval.

Lees meer over oedeem . “

Wat zijn mogelijke bijwerkingen?

Soms (bij 10 tot 30 op de 100 mensen)

  • Hoofdpijn, misselijkheid

  • Bij injectie onder de huid: irritatie op de spuitplek.

    Bijvoorbeeld blauwe plekken, rode huid, bloedingen, zwelling, pijn, jeuk en huiduitslag. Spuit u dit medicijn zelf? Raadpleeg uw arts als u hier moeite mee heeft.

Zelden (bij 1 tot 10 op de 100 mensen)

  • Overgeven, duizeligheid, koorts

    Bent u duizelig? Sta dan niet te snel op uit bed of van een stoel. U kunt dan het best even liggen en de benen wat hoger leggen, bijvoorbeeld op een kussen. Blijft u last houden? Bespreek dit dan met uw arts.

  • Huiduitslag, jeuk of een rode huid

    Deze verschijnselen kunnen ook ontstaan op de prikplek.

  • Overgevoeligheid voor dit medicijn. U merkt dit aan huiduitslag, galbulten en jeuk.

    Ook kunt u flauwvallen of een zwelling van het gezicht, lippen, mond, tong of keel krijgen. U kunt hierbij erg benauwd worden. In zeer zeldzame gevallen ontstaat er een ernstige huidaandoening met blaren op de huid. Waarschuw in al deze gevallen direct een arts of ga naar de Eerstehulpdienst.

    Als u overgevoelig bent voor C1-esteraseremmer mag u het niet meer gebruiken. Geef dit daarom aan de apotheker door. Het apotheekteam kan er dan op letten dat u dit medicijn niet opnieuw krijgt.

Zeer zelden (bij minder dan 1 op de 100 mensen)

  • Diarree, buikpijn

    Meestal gaan deze klachten vanzelf over. Heeft u diarree? Drink dan voldoende vocht, anders raakt u uitgedroogd. Blijft u lang last houden? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.

  • Te veel suiker in uw bloed.

    U merkt dit aan veel dorst krijgen en veel moeten plassen. Heeft u diabetes? Controleer dan vaker uw bloedglucose.

  • Trombose (bloedpropje in de aderen). U merkt dit aan dikke, harde, rode en pijnlijke plek op uw been, of opeens kortademig zijn, soms met pijn of het ophoesten van bloed.

    Waarschuw in deze gevallen direct een arts, of ga meteen naar de Eerste-Hulpdienst. Heeft u ooit trombose gehad? Dan mag u dit medicijn mogelijk niet gebruiken. Raadpleeg uw arts.

  • Ontsteking van de ader.

    Dit ontstaat meestal door het gebruik van een infuus. Uw huid kan gezwollen, rood en gevoelig zijn. Ook kunt u koorts krijgen of er kan pus ontstaan op de prikplek. Heeft u deze klachten? Meld dit dan bij uw arts of verpleegkundige. Vaak verdwijnt een aderontsteking spontaan na enkele dagen tot weken.

  • Opvliegers (aanvallen van warmtegevoel, rood hoofd en zweten)

  • Hoesten, borstklachten

    Neem contact op met uw arts als de klachten niet overgaan.

  • Pijn in spieren en gewrichten of gezwollen gewrichten

    Heeft u hier veel last van? Neem dan contact op met uw arts.

  • Ontstoken huid

Uitleg frequenties

Regelmatig : bij meer dan 30 op de 100 mensen
Soms : bij 10 tot 30 op de 100 mensen
Zelden : bij 1 tot 10 op de 100 mensen
Zeer zelden : bij minder dan 1 op de 100 mensen

Mag ik C1-esteraseremmer gebruiken met andere medicijnen?

Er zijn van dit middel geen belangrijke wisselwerkingen met andere medicijnen bekend.

Kan ik met dit medicijn autorijden, alcohol drinken en alles eten of drinken?

Ja, dat kan. U mag autorijden, en u mag eten en drinken zoals u normaal doet.

Mag ik dit medicijn gebruiken als ik zwanger ben, wil worden of borstvoeding geef?

Zwangerschap
Over het gebruik van dit medicijn tijdens de zwangerschap is nog te weinig bekend. Meld het aan uw arts en apotheker zodra u zwanger bent, of binnenkort wilt worden. Samen kunt u bespreken wat het risico voor de baby is als u dit medicijn gebruikt. Of wat het risico voor u of uw baby is als u dit medicijn niet gebruikt. Soms kan het gebruik van dit medicijn noodzakelijk zijn in gevaarlijke situaties, zoals wanneer u moeilijk kunt ademen door zwellingen in uw keel. Overleg daarom met uw arts over de voor-en nadelen.

Borstvoeding
Wilt u borstvoeding geven, overleg dan met uw arts of apotheker. Het is niet bekend of dit medicijn in de moedermelk terechtkomt en of het schadelijk voor de baby is. Mogelijk kunt u flesvoeding geven.

Hoe gebruik ik dit medicijn?

Hoe?

  • Behandeling van een zwellingaanval en vóór een operatie: uw arts of verpleegkundige zal dit medicijn als injectie langzaam in uw ader spuiten.
  • Voorkomen van een zwellingaanval: u kunt dit medicijn krijgen als injectie in uw ader of onder uw huid. Krijgt u het als injectie onder de huid? Mogelijk leert uw arts of verpleegkundige u hoe u de injectie onder uw huid zelf kunt zetten.

Zelf injecteren

  • Kijk voor de juiste dosering altijd op het etiket van de apotheek of in de bijsluiter.
  • Lees de gebruikshandleiding in de verpakking goed door.
  • Van de arts of verpleegkundige van het ziekenhuis krijgt u een uitgebreide uitleg. Vraag om extra uitleg als u nog vragen heeft over hoe u zelf moet injecteren onder uw huid. Injecteer steeds op een andere plek op de buik.
  • Bewaar dit medicijn bij kamertemperatuur (onder de 30 °C), maar niet in het vriesvak. Breng het medicijn eerst op kamertemperatuur voordat u het gebruikt.
  • Bewaar het in de originele verpakking. Zo is het beschermd tegen licht.

Wanneer en hoelang?

  • Behandeling van een zwellingaanval: meestal 1 keer, soms is een tweede injectie nodig als de klachten niet voldoende minder worden.
  • Vóór een operatie: u krijgt het infuus 1 dag voor de operatie.
  • Voorkomen zwellingaanval: in het begin krijgt u elke 3 tot 4 dagen een infuus of injectie. Daarna beoordeelt uw arts of de dosering aangepast moet worden. U zult dit medicijn gedurende zeker meerdere jaren gebruiken.
Terug naar overzicht